Elke ochtend mediteer ik vijftien minuutjes. Ik loop heen en weer door m’n kamer en word me bewust van de kamer waarin ik loop, mijn levende, bewegende lichaam, de dingen die ik nu hoor, ruik, voel… Ik word me bewust van dit moment. De kamer bevindt zich op tweehoog en ik kijk dus door het grote raam recht de lucht in. Wanneer ik naar het raam loop en de lucht zie, word ik me bewust van het feit dat ik over de kromming van een grote bol loop. Zonder daar moeite voor te doen, visualiseer of zie ik de aardbol, zwevend in het heelal, waarop ik heen en weer loop. Ik kijk door de lucht naar een uitgestrekt universum.
Als kind kon ik dit gegeven niet goed hanteren. Het begon me te duizelen en ik werd er verdrietig van. Nu is het effect anders. Het inzicht in de werkelijkheid, die we in de drukte van ons dagelijks bestaan uit het oog verliezen, geeft rust. Mijn levenssituatie en mijn problemen zijn klein, vluchtig, ‘onbelangrijk’. Mijn carrière, de conflicten, fysieke klachten en twijfels neem ik niet mee naar m’n graf – die zullen vergaan tot stof. Alles zal vergaan tot stof. We zijn hier als het ware te gast en we kunnen ons verwonderen over wat er op deze planeet allemaal te zien is. Dezelfde energie die we voelen wanneer we bijvoorbeeld op vakantie in Portugal een klein dorpje bezoeken.
Ik weet niet waarom ik op deze aarde geworpen ben, maar ik vermaak me hier goed. Zolang ik af en toe omhoog kijk en me niet ‘verlies in de wereld’, blijf ik me verwonderen.
mooi artikeltje “kijk omhoog en blijf je verwonderen”. Het spreekt mij heel direct aan. Ik herken mezelf erin….dezelfde ervaring, ook als kind.
Mooi :)!